Er zijn cliënten die weinig indruk op je maken, maar je hebt er ook die je je leven lang niet meer zal vergeten. Surayda en Mirelle, reclasseringswerkers in Zuid-Holland, kregen de tweeling Rob en Remco onder toezicht en ze weten: deze jongens vergeten we nooit meer.

Remco en Rob (24) hebben geen makkelijk leven gehad. Vanaf hun 15e leven ze op straat, er is nauwelijks contact met de familie en ze hebben beiden een fikse verslaving. Ze plegen inbraken om aan geld te komen. In januari 2019 krijgt Surayda Remco onder toezicht. Surayda: “Er bleek  helemaal niets voor hem geregeld te zijn. Hij had geen ID en zwierf op straat. Tja, probeer jezelf dan maar eens te redden.” Ze besloot een ID en plaatsing in een detoxkliniek voor hem te regelen. Daarna zou ze gaan kijken naar een beschermde woonvorm. Alles in goed overleg met betrokken ketenpartners, zoals de officier van justitie. “En toen kreeg ik een belletje van een advocaat met wie ik veel samenwerk, en die zei: ik heb zijn tweelingbroer Rob hier, die komt ook bij jullie onder toezicht. Toen heb ik collega Mirelle aangehaakt.”

Doen wat nodig is

Voor de jongens doen de twee wat nodig is. En daarbij kleuren ze af en toe een beetje buiten de lijntjes, in goed overleg met hun leidinggevende. “Het gaat ons erom: wat is er nú nodig om recidive te voorkomen? Als dat betekent dat we mee moeten naar een fotograaf voor een pasfoto voor een ID, dan doen we dat. Soms kun je verzanden in: wie is er hiervoor verantwoordelijk, maar dat hebben we losgelaten. Zo bereik je veel meer.”

En dat ze veel bereiken, staat als een paal boven water. De dagbesteding is geregeld, Rob en Remco houden zich aan de regels omtrent hun verlof en ze doen hun best om van hun schulden af te komen. En er zijn kleine overwinninkjes. Surayda: “Remco had veel moeite met de urinecontroles in de woonvorm, want dan moet je plassen onder toezicht. Ik heb hem laten zien dat we ook een RUMA-marker kunnen gebruiken (waarbij je urine een kleur krijgt ter controle dat het jouw urine is) en toen hij voor de eerste keer drugsvrij bleek na gebruik van die RUMA-marker, hebben ze bij de woonvorm appeltaart gebakken om dat te vieren. Dat zijn mooie momenten.” Inmiddels is er ook weer contact met de ouders en zijn de jongens aan het oefenen met het normale leven.

Altijd buikpijn door de honger

Dat normale leven zijn ze niet gewend, en dat merken de dames. Mirelle: “We ontdekten dat ze slechts één patatje per week aten en dat was het. Ze waren zó gewend geraakt aan continu buikpijn van de honger, dat ze het niet aandurfden normaal te gaan eten. Wat als ze weer op straat belandden, dan moesten ze helemaal opnieuw wennen aan die buikpijn. Dat wilden ze niet.” Dus nu is het oefenen met ontbijt maken, lunch maken, avondeten bereiden. En dat gaat goed.

Je moet wel iemand zijn met een lange adem, en dat zit bij haar wel goed

Is het dan nu tijd om hen los te laten? Surayda: “We zien hen nu eens per drie weken, maar inderdaad: 12 maart is ons laatste toezichtgesprek. De woonvorm is te ver van ons kantoor vandaan en dus is een toezichthouder meer in de buurt handiger. Een collega van het Leger des Heils neemt het van ons over, maar pas nadat we haar ontmoet hadden, durfden we dat aan. Dit zijn jongens die van ver moesten komen. Je moet wel iemand zijn met een lange adem, en dat zit bij haar wel goed.”

“Laten wij daar nou eens een verschil in maken”

Desgevraagd zijn Surayda en Mirelle trots op Rob en Remco. Mirelle: “We realiseerden ons dat veel mensen zijn afgehaakt bij deze jongens. Zo vaak kregen ze dingen beloofd waar niets van waar bleek. We zeiden tegen elkaar: laten wij daar nou eens een verschil in maken. De samenleving heeft last van hen, wij moeten er alles aan doen om ervoor te zorgen dat ze niet terugvallen.” Surayda vult aan: “We wisten dat we door flink wat weerstand heen moesten breken en dat we moesten laten zien: je kunt zo lelijk doen als je wil, wij lopen niet weg. Want dat zijn ze gewend, dat iedereen vroeg of laat afhaakt. Bij ons is het veilig, bij ons mogen ze ergens tegenaan trappen.”

Een compliment dat tot tranen toe roerde

Een mooi compliment voor hen is de dankbaarheid van de tweeling. Mirelle: “In het begin was er veel weerstand. Maar die is intussen veel minder. Ze realiseren zich denk ik dat het fijn is dat iemand zoveel moeite voor je doet.” En het mooiste compliment kwam van de advocaat van de jongens, tijdens een zitting. Surayda: “Ze vertelde de rechter hoe trots ze was op de samenwerking met de reclassering en hoeveel bewondering ze had voor onze inzet. Toen zaten Mirelle en ik gewoon even te grienen!” Lachend: “We krijgen duidelijk niet vaak complimentjes.”