Naar de navigatie

Aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling

Elk jaar worden honderdduizenden mensen slachtoffer van huiselijk geweld. Hiervan is ook een groot deel kind. Snel ingrijpen om het geweld te stoppen en slachtoffers te voorkomen, staat voorop. Hierbij is samenwerking heel belangrijk. De reclassering is specialist in de plegersaanpak.

Snel ingrijpen

De veiligheid van slachtoffers en kinderen staat voorop. Daarom is het belangrijk dat wij de verdachte of dader zo snel mogelijk spreken en risico’s opmerken. Bij alle cliënten letten we op tekens van huiselijk geweld, kindermishandeling en onveilige situaties. We werken met de ‘meldcode‘. Huiselijk geweldzaken pakken we snel op. In een paar regio’s werken wij met het spreekuur huiselijk geweld.

Bij huiselijk geweld zaken is er altijd overleg met Veilig Thuis. We spreken af wie wat gaat doen. Die afspraken maken we samen met de cliënt, zijn omgeving, hulpverleners en organisatie waarmee we samenwerken.

Netwerk Veiligheid Voorop

Als reclassering zijn we onderdeel van het netwerk Veiligheid Voorop. In het netwerk werken wij met Veilig Thuis, de politie, het Openbaar Ministerie en de Raad voor de Kinderbescherming. Hierdoor komen zorg en de straf samen. Zo kunnen we samen werken aan veiligheid. Daarmee maken we de kans op herhaling van huiselijk geweld kleiner.

Hoe dit werkt, wordt uitgelegd in de animatie ‘Samenwerken bij huiselijk geweld – wie doet wat? Reclassering.

Partnergeweld

Wij zien dat het bij ruim 60% van alle gevallen van huiselijk geweld gaat om partner- of ex-partnergeweld. Daarom maken wij speciaal voor partnergeweld een ‘risicotaxatie’. Dit geeft een inschatting van mogelijke problemen en de risico’s op herhaling. Ook geven we advies over geschikte maatregelen. Dat zijn bijvoorbeeld een toezicht bij de reclassering, gedragstrainingen, (ambulante) behandeling en/of maatregelen voor de veiligheid. Denk aan een contact- en/of locatieverbod. Een voorbeeld is de verplichte gedragstraining BORG voor daders en verdachten van partnergeweld. BORG staat voor ‘Beëindigen Onderling Relationeel Geweld.

Daarnaast houden wij toezicht op een contact- of gebiedsverbod, als de rechter dat heeft opgelegd. Ook kunnen we zorgen dat de dader specialistische zorg krijgt.

In sommige gemeenten kunnen plegers van huiselijk geweld vrijwillig een training volgen, via de Carrouselgroep. Deze training valt buiten het strafrecht.

Werken met de meldcode

Ook reclasseringsmedewerkers zijn getraind om signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling te herkennen. De meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling helpt bij het nemen van de goede stappen bij huiselijk geweld. Of een vermoeden daarvan. De meldcode is ook een middel om huiselijk geweld, kindermishandeling en onveilige situaties eerder te zien.

Proef met slachtofferdevice: extra bescherming voor slachtoffers

In verschillende regio’s houden wij samen met andere organisaties een proef om slachtoffers extra te beschermen. Deze proef heet ‘slachtofferdevice’. De proef houdt in dat slachtoffers van stalking of ernstig huiselijk geweld een apparaatje met GPS bij zich dragen. Het gaat om slachtoffers die een hoog risico lopen om slachtoffer te worden van geweld.

Meer over het slachtofferdevice

Hoe werkt het slachtofferdevice?

Het slachtofferdevice is gekoppeld aan de enkelband van de verdachte/veroordeelde.

Komen de enkelbanddrager en het slachtoffer bij elkaar in de buurt? Dan komt er bij de reclassering een signaal binnen.

Wij maken de afweging of we het slachtoffer informeren. Dit is afhankelijk van de situatie. Het kan bijvoorbeeld zo zijn dat de enkelbanddrager zijn gebiedsverbod overtreedt. Maar het kan ook zo zijn dat het slachtoffer en de verdachte toevallig ergens op hetzelfde moment zijn. Het slachtoffer kan er dan voor kiezen om bijvoorbeeld weg te gaan om een confrontatie te voorkomen.

In geval van nood kan via een noodknop de politie worden ingeschakeld. Dit kan ook door ons. Een klein aantal slachtoffers doet mee aan de proef.

Wie kunnen deelnemen aan de proef?

Slachtoffers van ernstig huiselijk geweld en/of stalking.

Slachtoffers kunnen zich niet zelf aanmelden voor de proef.

Deze organisaties bespreken met elkaar wie er mee kan doen: Veilig Thuis, Slachtofferhulp Nederland, slachtofferbegeleiding, politie en de reclassering. Uiteindelijk bepaalt de rechter of gevangenisdirecteur of het slachtofferdevice ingezet kan worden.