Dat Merel in de strafrechtketen zou komen te werken, was van meet af aan duidelijk: na haar studie Nederlands Recht deed ze een master Recht en Bestuur, om nu in de afrondende fase te zijn beland van haar master Strafrecht. Ze kijkt ernaar uit na zeven jaar klaar te zijn met studeren en zich helemaal in het werkende leven te storten. Al moet eerst nog die scriptie afgemaakt worden.

Tijdens haar master Strafrecht volgde Merel een vak waarin dieper werd ingegaan op zedendelicten en mensenhandel, en dat bracht haar op haar scriptieonderwerp: sexting onder jongeren en de vergelijking van het Nederlandse en het Duitse recht daarin. Merel licht toe: “Als een jongere in Nederland een foto maakt van zijn of haar intieme delen en deze foto op zijn of haar mobiel laat staan of deelt met een andere minderjarige met wie hij/zij een relatie heeft, zonder het te versturen of ergens te posten dus, wordt dat tóch gezien als kinderporno en is dat daarmee strafbaar. De minister wil nu een uitzonderingsgrond opstellen voor dit soort gevallen, iets wat in Duitsland al bestaat. Ik zoek nu uit wat de verschillen zijn tussen het huidige Duitse en Nederlandse recht op het gebied van sexting (onderling delen van seksueel getinte foto’s of video’s tussen jongeren), wat wij daarvan kunnen leren, en hoe die uitzonderingsgrond eruit zou moeten zien.” Een flinke kluif dus, maar voor Merel is het einde in zicht. “Mijn laatste gesprek met mijn scriptiebegeleider heb ik achter de rug, nu is het nog feedback verwerken en dan hopelijk over twee maanden klaar.”

Precies de sociaal betrokken organisatie die ik zocht

“Ik wist wel wat ik zocht”

Ondanks dat de scriptie veel van haar tijd inneemt en ze officieel nog niet is afgestudeerd, ging Merel toch alvast op zoek naar een baan. “Door mijn studie wist ik dat ik weg wilde uit het bestuursrecht, meer de strafrechtkant op. Een mooie functie binnen een maatschappelijke organisatie stond op mijn verlangenlijstje en via Randstad kwam ik bij de reclassering terecht. Precies de sociaal betrokken organisatie die ik zocht.” Merel had het geluk dat haar sollicitatie gewoon live kon plaatsvinden. “Het is toch fijner om de sfeer van een organisatie te proeven als je er naartoe kunt, en niet vanuit huis via je laptop. Ook de collega’s persoonlijk ontmoeten en elkaar in de ogen kijken zonder een scherm ertussen vond ik echt heel erg prettig. De klik was er meteen.”

Zorgen voor een vlotte doorstroom

Merel is inmiddels bijna vier maanden aan het werk bij het planningsbureau Midden-Noord. Daar zorgt ze voor een vlotte doorstroom van nieuwe zaken. “Wat ik leuk vind, is dat er ook een stuk screening bij zit. Ik lees dus de processen verbaal, haal daar belangrijke informatie uit en verwerk dat voor mijn collega’s, zodat zij een makkelijker verdeling van de zaken kunnen doen. Zo weten ze door mijn screening al wie de veelplegers zijn, of er sprake is van huiselijk geweld, of we met een jong-volwassene te maken hebben, dat soort dingen. Superinteressant!”

We chatten dagelijks, maar hoe ze er precies uitzien weet ik niet

Sommige collega’s nog nooit live gezien

Toch blijft het gek om in coronatijd te starten. Merel: “Ik ben twee tot drie dagen per week op kantoor hier in Groningen voor de postafhandeling en omdat wij ook telefoondienst hebben. Maar dan loop ik wel op een praktisch lege verdieping rond en is er maximaal één collega om even een bakkie mee te doen. En ik werk dagelijks samen met mijn collega’s die hetzelfde werk doen in Utrecht, maar die heb ik nog nooit in levenden lijve ontmoet. We chatten dagelijks, maar hoe ze er nu precies uitzien weet ik niet. Dat is best een vreemd idee.”

Merel kijkt uit naar de dag dat we weer meer op kantoor mogen werken. “Ik denk toch dat je een organisatie veel beter leert kennen als je collega’s om je heen hebt, en je ook eens een dag met een toezichthouder of adviseur kunt meelopen. Dan pas zie je: dit is waar ik mijn werk voor doe, zodat deze collega’s hun werk weer beter kunnen doen. Ja, daar verheug ik me nu al op.”