Trees Rooze was jarenlang adviseur bij Reclassering Nederland. Duizenden rapporten schreef ze, over een bonte stoet wetsovertreders. Winkeldieven, oplichters, incestplegers, moordenaars: elke keer weer was het de kunst om mens en motief te vinden achter de soms weerzinwekkende, maar toch ook vaak klunzige misdaad. Eén van die wetsovertreders was Alex.

“Alex is dood, las ik in de krant. Een paar jaar geleden zag ik hem voor het eerst op het politiebureau van een kleine provinciestad. Een zelfverzekerde, schaterend lachende en praatgrage man met knalrood piekhaar en een onverwoestbaar goed humeur.

Alex zat toen flink in de put. Hij was gemeenteambtenaar en had een mager salaris. Eigenlijk had hij altijd groots en meeslepend willen leven, maar als trouwhartig overheidsdienaar sjouwde hij elke dag gewoon om 8 uur naar zijn werk. Hij repareerde gevandaliseerde parkeermeters, sopte verkeersborden en stoplichten en scharrelde in zijn vrije tijd met wat antiek. Alleen zijn uniform, dat vond hij wel mooi. En dat droeg hij dan ook met flair, de pet scheef op zijn rode haar.

Alex wanhoopte echter nooit. Hij mocht dan wel een miskend genie zijn, maar zijn tijd kwam nog wel. Dat vertelde hij ook altijd aan iedereen. Alex was ook de man van Grote Ideeën. Zo schreef hij het onvergetelijke lied: Ik kan niet met je bridgen, als jij niet bridget met mij. Hij had daar nog speciaal de theateragent van Guus Meeuwis voor gebeld, zo zeker was hij van het goudenhitgehalte van zijn geesteskind. Dagenlang vertelde hij aan iedereen dat Guus bijzonder veel belangstelling had. Ook fantaseerde hij over wat hij zou gaan doen met het grote geld, want dat dit zou binnenschuiven, dat was zeker. Niemand hoorde er meer wat van.

'Mazzel gehad in de antiekhandel', glunderde Alex

Op een dag scheen het geluk hem toch te hebben toegelachen. Hij had een splinternieuwe camper gekocht van tien meter lang, compleet met schotelantenne en inbouwkeuken. Toen daar ook nog eens een glimmende bolide bij kwam, gingen bij zijn collega’s de wenkbrauwen omhoog. Ze wisten precies wat er in ambtenarenschaal 6 te koop was. Daar kon je geen rare bokkensprongen van maken.

‘Mazzel gehad in de antiekhandel,’ glunderde Alex en wreef zich vergenoegd in de handen. Voor zijn kinderen kocht hij peperdure mountainbikes. Er werd een massief eiken visgraat parketvloer in zijn huis gelegd. En voor een korte tussendoorvakantie vloog het gezin naar Zuid-Amerika. Zijn collega’s werden steeds afgunstiger, maar toen werd Alex gearresteerd.

Het bleek dat hij al anderhalf jaar lang een gekopieerde sleutel in zijn bezit had van de gemeentelijke parkeermeters. Alex had elke dag enkele tientallen van die zilveren geldstromen in gele Praxis emmertjes laten rinkelen. Die reed hij dan naar huis om verder te verwerken. Dat was nog heel veel werk, vertelde hij later aan de politie. Want hij moest ook elke dag al dat geld tellen, sorteren en naar de bank brengen. En dat mocht natuurlijk niet steeds dezelfde zijn, zodat hij flinke afstanden aflegde – in die nieuwe bolide. Zijn vrouw zat in het complot en was eigenlijk blij dat hij was gearresteerd. Ze was bloednerveus geworden van die emmers elke dag.

De gemeente was wantrouwig geworden toen de meteropbrengsten dramatisch omlaag gingen, terwijl er toch aantoonbaar meer geparkeerd werd. Men had toen grote hoeveelheden parkeergeld gemerkt en zo was onze held gesnapt. De schade bleek meer dan een ton te zijn geweest. Alex’ afgang was compleet. Zijn camper, zijn auto, zelfs de fietsen van de kinderen moesten weer ingeleverd worden. Natuurlijk werd hij ook op staande voet ontslagen. Aldus geheel gestript, zonder baan, zonder uniform, zonder spullen, en enkele maanden later ook zonder vrouw, liep hij mismoedig door zijn stad. Alex kreeg een half jaar celstraf en moest de schade terugbetalen. Dat lukt niet van een bijstandsuitkering.

Een jaartje later kwam ik hem weer tegen op een technische school tijdens een informatieavond over criminaliteit. Hij straalde weer vanonder zijn rode borstelhaar. Als voorzitter van een werkgroep ex-gedetineerden die voorlichting gaf aan scholieren had hij zich weer geheel herwonnen. Hij schreef vergaderingen uit, overlegde met subsidiegevers, reclassering en magistraten en was, kortom, weer het heertje.

Nu is hij dus dood. Het hart. Ik hoop dat ze hem daarboven wel een mooie functie hebben gegeven. Iets met een uniform graag. En een pet.”