Blog
Adobestock 384531428 Beslagen Bril Mondkapje

Mondkap, bril en mijn corona-gedachten

Hijgend klauter ik de trap op. Ik zie niets. De mondkap die ik sinds kort weer moet dragen in ons pand beneemt mij mijn adem. Niet zo zozeer omdat het ding de O2 beperkt doorlaat, maar met name omdat ik iets te veel wasparfum heb gebruikt.

Mijn herbruikbare monddeksel ruikt naar fruitcocktails op een zinderende zonnige zomerdag… met een vleugje Butylphenyl-Methylpopional. Of iets dergelijks. Het kan maar zo zijn dat mijn wasparfum overeenkomsten heeft met één ingrediënt uit een synthetische drug want ik word nog net niet high van die twee trappen naar boven klimmen.

Mijn zuurstofgebrek is nog niet eens het ergste. Ik heb sinds kort een bril. De combinatie van bril en mondbedekking gaat net zo slecht samen als chocolade met zeezout of te veel alcohol tijdens je eerste date. Dat lijkt leuk, maar dat moet je gewoon niet willen! Mijn omgeving verandert in een scène uit de 50 tinten grijs- film reeks. Maar dan zonder het opwindende gedeelte. Gewoon 50 tinten grijs. Of Gorilla’s in the mist, ook goed. De deur van de verdieping waar ik moet zijn doemt als in een vage waas voor mij op. Ik ben er. Met één voet over de drempel trek ik meteen het masker van mijn hoofd en haal diep adem. De collega die mij tegemoet komt lopen glimlacht mogelijk naar mij, maar ik kan het niet goed zien. Ik zeg: "Goedemorgen!”, waarop zij antwoordt: “Hierbinnen dragen we een mondkap!" Top.

De eerste afspraak in mijn agenda is een adviesoverleg. De helft van de adviseurs is fysiek aanwezig. Een aantal wil graag digitaal blijven vergaderen. Dit is niet te doen. Zij horen ons niet, wij horen hen niet. Omdat de thuisblijvers via mijn iPad te zien zijn, draai ik uit alle macht de iPad in de richting van de sprekende collega’s, herhaal ik alles wat er gezegd wordt tegen het scherm en komen we er veel te laat achter dat er nog twee collega’s via een oude link in een andere vergaderruimte terecht zijn gekomen. We bespreken het corona-thema. Wie ziet zijn klanten nog face to face? Vragen we aan de klanten of ze zijn gevaccineerd? Vraag je het aan je collega? Vermijden we de discussie…. What to do!?

Dan is het vandaag ook nog eens vrijdag. De dag waarop het kabinet met nieuwe (of oude) maatregelen komt. Ik prijs mezelf gelukkig dat mijn baan niet op de tocht staat, dat ik niemand van mijn geliefden ben verloren aan het virus waar ik inmiddels een gepassioneerde haat voor heb ontwikkeld. Ik denk aan de mensen voor wie dit anders ligt. Aan mijn collega die zijn vader verloor aan Corona. Ik denk aan mijn andere collega die op IC terecht kwam en voor zijn leven heeft gevochten.

De ene dag spuug ik op die klote mondkapjes die mij de adem benemen en word ik lijp van mijn beslagen bril. De andere dag denk ik, ach gut als dit alles is…
Ik maak mij druk over wel of geen feestje met Oud en Nieuw en vergeet dan dat er ziekenhuispersoneel is dat zich al ruim twee jaar kapot werkt. Ik weet niet meer waar ik voor of tegen ben. Met wie ben ik het eens of oneens? Wat is wel goed om te doen…en wat niet?

Een ding weet ik wel. Corona zorgt voor verdeeldheid. Op de sportclubs, tussen jong en oud en ook bij ons op de werkvloer. We vechten tegen een virus, maar er is nog een vijand. De verdeeldheid. Dit vertroebelt ons vertrouwen, het verduistert ons oordeel.

Met een bril en mondkap zie ik geen klap, maar ook zonder die mondkap moet ik zorgen dat mijn blik helder blijft…

Soms weet ik alleen niet zo goed meer hoe.

Esther

Esther Vroegop

Esther Vroegop

Esther Vroegop werkt bij Reclassering Nederland. Ze is reclasseringswerker advies in de regio Oost. Voor een beetje humor, realiteitszin en loze breinpauzes schrijft ze blogs en artikelen. Met een vlotte pen geeft ze prachtige inkijkjes in de dagelijkse praktijk van het reclasseringswerk.

Geplaatst op 18 november 2021