Nieuws
Aan De Slag In Het Asiel

Vakblad Dierenhulpverlening: aan de slag in het asiel via de reclassering

Het Vakblad Dierenhulpverlening sprak met onze projectbeheerders Bjorn van Overveld en Wensley Grond over samenwerkingen met dierenasielen voor het uitvoeren van de werkstraf.

Aan de slag in het asiel via de reclassering

Al kwispelend rennen de asielhonden op Henk af. Inmiddels is hij een vertrouwd gezicht in het asiel en kijkt hij uit naar de uren die hij doorbrengt met de viervoeters. Henk is geen ‘gewone’ vrijwilliger, hij kwam in Dierenopvangcentum Breda terecht via de reclasseringsdienst en voerde hier zijn taakstraf uit.

In Nederland worden er jaarlijks 30.000 tot 35.000 werkstraffen uitgevoerd.D at is een gerechtelijke straf waarbij iemand verplicht een aantal uren zinvol en onbetaald werk verricht. De mensen die op die manier in aanraking met justitie komen, blijken een complete afspiegeling van de maatschappij te zijn. “Jong, oud, man en vrouw. Van bakker tot kapper, manager, timmerman, hovenier en tot directeuren aan toe”, vertelt Bjorn van Overveld, projectbeheerder bij Reclassering Nederland. Deze organisatie is onder meer belast met het vinden van geschikte werkstraflocaties. En dierenopvangcentra zitten vrijwel altijd verlegen om extra handen.

Positieve ervaringen
We spreken Anja van Splunder, manager bij Dierenopvangcentrum (DOC) Breda, over haar ervaringen met mensen die bij haar werken via de reclassering. “Ik heb in de zeven jaar dat ik met deze mensen werk, alleen maar positieve ervaringen gehad. Mensen zijn gemotiveerd, er wordt extra werk verzet en we kunnen iets overbrengen over het werken in een asiel”. Ook Henk*spreekt van zinvolle uren waarin hij technische klusjes, tuinklusjes en het schoonmaken van de kennels op zich nam. Na verloop van tijd mocht hij ook lichte verzorgingstaken op zich nemen en de liefde voor de asieldieren had hem daarmee snel te pakken. “Op een gegeven moment hield ik mijn uren niet eens meer bij, ik zag het niet meer als straf.”

*Henk is een pseudoniem, zijn echte naam is bij de redactie bekend.

Geen gewone vrijwilligers
De hoge motivatie en de band die opgebouwd wordt met de opdrachtgever, herkent Van Overveld ook bij andere werkgestraften: “Niet zelden pinkt een cliënt een traantje weg als zijn werkstraf erop zit en hij afscheid neemt van het project”. Maar ondanks al die positiviteit benadrukt de projectbeheerder wel: “Het gaat hier niet om vrijwilligers maar om werkgestraften.” Voor organisaties die met de reclassering samenwerken is er overigens weinig verschil met vrijwilligers. “Deze mensen brengen geen loonkosten met zich mee en kunnen hetzelfde werk oppakken als vrijwilligers”, vertelt Anja van DOC Breda. Ook met ingewikkelde rapportages en evaluaties krijgt het asiel niet te maken. “De enige administratie die deze ‘werknemers’ met zich meebrengen is het wekelijks accorderen van het aantal uren dat ze gewerkt hebben. Dat gebeurt in een digitaal werkportaal en kost mij slechts enkele minuten”, aldus Anja.

Het opstarttraject
Wanneer iemand een werkstraf opgelegd krijgt, gaat er een opdracht richting Reclassering Nederland. De organisatie houdt een intakegesprek met de cliënt en op basis daarvan wordt gekeken waar diegene het best zijn werkstraf uit kan voeren. Daarbij wordt rekening gehouden met affiniteit en eventuele eerdere werkervaring. Zodra er een match is gevonden, vindt er een kennismakingsgesprek plaats met de potentiële ‘werkgever’. Die kan na afloop daarvan aangeven of hij de persoon een plek aan wil bieden. “We zoeken samenwerkingen met organisaties die structureel één of meerdere plaatsen ter beschikking hebben, en daarbij mag het niet gaan om reguliere, betaalde arbeidsplaatsen. Maar het is uiteindelijk aan de opdrachtgever of hij iemand binnen zijn organisatie verwelkomt”, benadrukt Van Overveld. Mocht je als stichting overwegen om met de reclassering te gaan samenwerken, hoef je niet bang te zijn voor afdwingende contracten. Een werkstraf heeft een maximale duur van 240 uur, maar je kunt als werkstraflocatie je wensen wat dat betreft doorgeven. “Zelf heb ik aangegeven dat het moet gaan om een werkstraf van minimaal 60 uur, anders is iemand al weg voordat ik hem of haar helemaal ingewerkt hebt”, aldus Anja.

En als iemand tijdens het kennismakingsgesprek bevalt maar uiteindelijk alsnog zijn taken niet goed uitvoert? “Je hebt altijd een vast contactpersoon bij wie je dat meldt. Afhankelijk van de situatie wordt er dan een officiële waarschuwing aan de cliënt gegeven of de taakstraf wordt beëindigd”, legt Van Overveld uit.

Vooroordelen uit de weg ruimen
Toch hoef je als opdrachtgever niet bang te zijn dat iemand zijn taken niet uitvoert. “Natuurlijk komt dat wel eens voor, maar 75% voert zijn werkstraf naar alle tevredenheid uit. Sterker nog, niet zelden blijft iemand na verloop van zijn taakstraf als vrijwilliger werken bij de locatie”, aldus Van Overveld. Dat werkgestraften ongemotiveerd en niet te vertrouwen zijn, is wel een vooroordeel waar projectleiders van de dienst tegenop lopen bij het vinden van nieuwe opdrachtgevers: “Ook ik vond het ontzettend spannend toen ik met de samenwerking begon en ik had zo mijn vooroordelen”, bekent Anja, “maar gelukkig bleken mijn zorgen onterecht.”

Factoren die de hoge motivatie kunnen verklaren zijn de aanvaarding van de straf, berouw, het nuttig bezig willen zijn en de kans die werkgestraften hiermee krijgen. “Vergis je niet, twee uur werkstraf staat gelijk aan een dag gevangenisstraf. Mocht de taakstraf niet goed uitgevoerd worden, is dat wat de cliënt boven het hoofd hangt”, verduidelijkt Van Overveld.

Komt jouw organisatie in aanmerking?
Cliënten worden door Reclassering Nederland alleen bij projecten geplaatst die aan de wettelijke criteria voor werkstraflocaties voldoen. Die houden onder meer in dat het werk een publiekelijk doel dient, en er sprake is van een veilige werkplek waar cliënten onder toezicht kunnen werken. ‘Onder toezicht’ betekent dat het moet gaan om een fysieke werkplek, waarbij altijd een betaalde kracht in de buurt is om vragen te beantwoorden en waar de werkzaamheden meetbaar af te ronden zijn in een bepaald dagdeel. Op die manier kan het best objectief beoordeeld worden of iemand een taak heeft volbracht. Verder mag een cliënt niet autorijden onder het uitvoeren van zijn taakstraf, moeten er duidelijke instructies gegeven worden en gaat het om ongeschoold werk. “Vertaald naar de dierenopvang kan zo iemand prima zelfstandig hokken schoonmaken, maar niet op een dierenambulance werken (toezicht), honden coachen (specialistisch, geschoold) of alleen een asiel runnen (toezicht, specialistisch, geschoold)”, aldus Van Overveld.

Een mooi leerproces
Henk heeft zijn taakstraf er alweer een tijd opzitten, maar helpt als vrijwilliger nog steeds in het asiel. “Het voelt als een familie en ik heb hier zoveel geleerd! Niet alleen dat dierenasielen zich echt met hart en ziel inzetten voor de dieren, maar ook ben ik veel te weten gekomen over het verzorgen van honden en waar zij in hun leven allemaal tegenaan kunnen lopen.”

Interesse?
Wil je meer informatie over hoe je een werkstraflocatie wordt? Op de website van Reclassering Nederland vind je alle informatie: www.reclassering.nl. Bij aanmelding als locatie via het online formulier wordt binnen een week contact met je opgenomen.

Bron tekst: Vakblad Dierenhulpverlening

> Lees het artikel in de digitale editie van Vakblad Dierenhulpverlening

 

Geplaatst op 8 april 2022