Nieuws
Rob Voss Foto FOENIX 02 1500

Taakstrafverbod is ‘motie van wantrouwen naar rechters’

Juist nu na de avondklok-rellen de roep om strengere straffen luider wordt, stemt de Kamer dinsdag 2 februari over een wetsvoorstel dat rechters verbiedt een taakstraf op te leggen aan plegers van geweld tegen ambulance-, politie- en brandweermedewerkers. Geen goed idee, vinden voorzitter Henk Naves van de Raad voor de Rechtspraak en directeur Johan Bac van de reclassering. 'Taakstraffen zijn er ook om herhaling van een misdrijf te voorkomen.’

De rellen van vorige week hebben in de samenleving grote verontwaardiging opgeroepen.

Rechter Henk Naves: ‘Dat snappen we heel goed, geweld tegen ambtsdragers is onacceptabel. Maar het wetsvoorstel is een motie van wantrouwen naar alle strafrechters. Zij moeten maatwerk leveren. Geef ze de ruimte om een straf op te leggen die recht doet aan het slachtoffer en het misdrijf, maar die ook rekening houdt met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. In het wetsvoorstel worden alle geweldplegers over één kam geschoren. Maar als je een politieman een duw geeft, is dat iets anders dan een steen in zijn gezicht gooien. Zo is er ook een verschil tussen een verdachte met een licht verstandelijke beperking, en iemand die met een veel hoger IQ op het Museumplein in Amsterdam loopt te rellen. En kijk naar de straffen die vorige week aan relschoppers zijn opgelegd. Die zijn echt fors.’

Er zijn ook taakstraffen opgelegd aan stenengooiers, zij hádden een agent in het gezicht kunnen raken.

Reclasseringsdirecteur Johan Bac: ‘We willen allemaal niet dat de stenengooier opnieuw voor de rechter komt. Onze belangrijkste taak is voorkomen dat veroordeelden in herhaling vallen en nieuwe slachtoffers maken. Uit onderzoek blijkt dat werkgestraften 47 procent minder vaak recidiveren dan veroordeelden die een gevangenisstraf hebben uitgezeten. Dat komt doordat we met een taakstraf iemand langere tijd onder toezicht kunnen houden dan wanneer louter een kale celstraf wordt opgelegd. En met een taakstraf behouden ze een werk-, dag- en nachtritme. Bij een celstraf, ook als die kortdurend is, heb je kans dat de veroordeelde zijn baan en soms ook zijn huis verliest. Je duwt hem zo van de regen in de drup, en dat willen we juist voorkomen. En bovendien: een dag cel kost de samenleving 250 euro, een werkstraf kost minder dan de helft en levert ook nog eens iets op.’

Minister Dekker wil met strenger straffen een signaal aan daders afgeven.

Naves: ‘De huidige wet biedt al alle mogelijkheden om strenger te straffen, en dat gebeurt ook: er wordt 33 tot 100 procent zwaarder gestraft bij geweld tegen hulpverleners. Het is onnodige wetgeving. Bovendien is een taakstraf een serieus te nemen hoofdstraf, net als de geldboete en de celstraf.’

Bac: ‘Ik ben een beetje allergisch voor de kortzichtige opvatting dat taakstraffen niets meer zijn dan een dagje schoffelen. Werkgestraften gaan niet op hun kont zitten in een cel, maar zetten zich in voor de samenleving. Dat kan inderdaad zijn in de groenvoorziening, maar ook in bijvoorbeeld verzorgingshuizen, hospices, sportclubs, buurthuizen of voedselbanken. Ze doen iets terug voor wat ze kapot hebben gemaakt. De afgelopen maanden hebben onze werkmeesters, ook in coronatijd, met taakgestraften weer tienduizend projecten afgerond. Die organisaties zijn ons heel dankbaar.’

U heeft als directeur van de Reclassering natuurlijk een belang bij taakstraffen; u moet het werk van uw werkmeesters beschermen.

Bac: ‘Nee hoor, geweldsdelicten tegen hulpverleners en de politie zijn niet onze broodwinning, dat zijn maar een paar honderd zaken per jaar van de dertig- tot veertigduizend taakstraffen die wij jaarlijks faciliteren. Al die werkstraffen staan gelijk aan ongeveer twee miljoen uren die ten goede komen aan de samenleving. Geloof me, wij hebben werk genoeg. Dit gaat om de waarde van de werkstraf. Rechtspraakvertegenwoordigers uit het buitenland komen geregeld kijken naar successen die in Nederland met de taakstraf worden geboekt, en hoe wij dat doen. Daar mogen we best trots op zijn.’

Kamerlid Stieneke van der Graaf (ChristenUnie) heeft een amendement ingediend waarmee geweldplegers tegen ambtenaren toch een taakstraf kunnen krijgen, in combinatie met een voorwaardelijke celstraf.

Naves: ‘Dat is een aanmerkelijke verbetering van het wetsvoorstel, maar nog steeds niet ideaal. Laat een rechter gewoon zijn werk doen. Ik wijs, heel voorzichtig, op een inconsequentie van de Tweede Kamer. Kijk nou naar de toeslagenaffaire: dat debacle heeft ons geleerd dat je elk individueel geval toegesneden op z’n eigen merites moet beoordelen. Met dit wetsvoorstel geven de initiatiefnemers een tegengesteld signaal. Zij zeggen: rechter, ik beperk jouw mogelijkheden om maatwerk te leveren. Eerlijk gezegd kan ik die redenering niet volgen, en dan druk ik me nog voorzichtig uit.’

Dit artikel verscheen maandag 1 februari 2021 in de Volkskrant en is geschreven door journalist Wil Thijsen

Foto: Rob Voss

De werkstraf, die tot 2001 nog ‘onbetaalde arbeid ten algemene nutte’ heette, bestaat dertig jaar. De taakstraf begon in 1980 als experiment, als alternatieve sanctie voor de celstraf. In 1989 werd die in de wet vastgelegd en sinds 2001 is het een hoofdstraf, naast gevangenisstraf en de geldboete. Een taakstraf voor volwassenen mag maximaal 240 uur beslaan. Tot 2012 kon de taakstraf voor volwassenen ook bestaan uit een verplicht leertraject. Daarvoor in de plaats zijn ‘bijzondere voorwaarden’ gekomen, die zijn gericht op gedragsverandering bij de delictpleger om herhaling te voorkomen. In dat jaar werd de taakstraf eerder al beperkt en mocht die niet meer worden opgelegd aan zedendelinquenten.

Geplaatst op 1 februari 2021